5 vragen over de Amerikaanse verkiezingen
Om de vier jaar vinden de Amerikaanse verkiezingen plaats. Vorig jaar gingen de verkiezingen tussen Donald Trump en Joe Biden. Uiteindelijk won Joe Biden, maar hoe komt het dat hij de winnaar is geworden? Het is allemaal best ingewikkeld en daarom hebben wij vijf vragen voor je op een rijtje gezet.
1. Hoe word je president?
Niet iedereen kan zomaar de president van Amerika worden. Je moet eerst verkozen worden als een mogelijke kandidaat. Daar zijn een paar regels aan verbonden. Je moet minstens 35 jaar oud zijn. Je moet ook minstens 14 jaar in Amerika wonen of je moet geboren zijn in de Verenigde Staten.
Lees ook:
2. Welke twee partijen doen mee?
Amerika kent twee grote politieke partijen: de Democratische partij en de Republikeinse partij. Joe Biden hoort bij de Democratische partij en Donald Trump is een Republikein. Maar wat zijn nou de verschillen? We starten met de democraten. Dit zijn mensen die bij de democratische partij horen.
3. Wie zijn de Democraten?
Hierin zit een woord verstopt, namelijk democratie. Een democratie is een land met een bestuursvorm waarin het volk regeert. Democraten willen strengere regels rondom het bezit van een wapen. Ze willen de verschillen tussen arm en rijk verkleinen. De rijke Amerikanen moeten daarom meer belasting betalen.
4. Wie zijn de Republikeinen?
Republikeinen willen juist niet dat de rijkere mensen meer belasting moeten betalen. Ze vinden het belangrijk dat de overheid veel geld geeft aan het leger. Ze willen geen strengere regels rondom het bezit van een wapen en ze willen de doodstraf in stand houden.
5. Mag de president alles zelf beslissen?
Je bent als president de baas van het land, maar ook de baas van het leger. Maar de president beslist niet alles zelf. De nieuwe wetten moeten eerst worden goedgekeurd door het congres. Zoiets als de Tweede Kamer. De mensen die in het congres zitten bedenken regels en stemmen hierover. Als de president iets heel graag wil, moet hij of zij eerst de meerderheid van het congres zien te overtuigen.
