Hoe worden potloden gemaakt en hoe krijg je kleurtjes in de potloden?
Papyrus
Vroeger, in de tijd van de oude Grieken, werd er geschreven met loodstiften op papyrus, daar komt ons woord potlood vandaan.
Grafiet
De stift van een modern zwart potlood bestaat uit grafiet en hele fijne klei. Grafiet is ongeveer hetzelfde als houtskool, daar kun je ook mee tekenen. Je krijgt dan brede strepen op het papier, die je met de hand kan vervagen. Hoe meer klei je met het grafiet mengt hoe harder het potlood wordt. Zachte potloden hebben een B (of 2B of 3B) gemiddelde potloden HB en harde potloden een H (of 2H etc). Als de grafiet en klei zijn gemengd wordt het mengsel in de juiste vorm geperst en gebakken tot een potloodstift.
Hout
Dan komt er aan twee kanten een plankje hout met een groef erin waarin de stift precies past. De twee plankjes worden aan elkaar gelijmd en in een mooie vorm gesneden, en klaar is je zwarte potlood.
Kleur
Om een kleurpotlood te maken wordt de klei gemengd met een pigment, dat is een soort verf in poedervorm.
Vroeger haalde men de poeder uit de natuur, bijvoorbeeld ijzererts is behoorlijk rood als het in droge omgeving word gevonden en geel (oker) als er wat meer water in de grond zit. Deze stenen kun je tot poeder malen en dan heb je pigment. Deze kleuren kenden en gebruikten ze al in de stenen tijd! Tegenwoordig worden bijna alle kleurtjes in laboratoria gemaakt.