Hoe werkt het weerglas?
Met een weerglas of donderglas kun jij ook weten wat voor een weer op komst is.
Het weerglas, ook wel een donderglas genoemd, werd rond 1750 een officiële weervoorspeller. De geschiedenis van dit apparaat is veel langer. Adimiraal Fitzroy was een bekende de zeeman die reizen heeftgemaakt naar de Galapagos eilanden met Charles Darwin. Deze admiraal heeft in zijn leven vooral het weer bestudeerd en het "weather book" geschreven.
Toen in 1859 een aantal Britse eilanden getroffen werden door een zware storm, werd er aan de vissersgemeenten op alle Britse eilanden barometers gegeven. Ze zijn bekend als Fitzroy's Storm Barometers en veel van deze instrumenten zijn nu nog in gebruik. Naast een barometer bestond zo’n weerstation uit een thermometer en een kamfer weerglas.
Maar hoe werkt nu zo’n weerglas? Het donderglas is een waterweerglas bestaande uit een peervormig reservoir met aan de voorzijde een naar boven wijzende tuit. (zie plaatje) Het donderglas is gevuld met gekleurd water waar boven een constante hoeveelheid lucht zit. Op de tuit na, is het reservoir gesloten.
Een hoge luchtdruk drukt het water in de tuit omlaag en perst de lucht boven de vloeistof samen. Het water in de tuit gaat omhoog als de luchtdruk daalt. Bij een sterke daling, bijvoorbeeld bij storm of onweer, stijgt het water zo ver dat het eruit druppelt. Dan heb je het "gedonder in de glazen".