Waarom is de Titanic gezonken en wat is er precies gebeurd?
Bijna iedereen heeft wel eens de film Titanic gezien. De Titanic was een groot schip. In de tijd dat de Titanic gebouwd werd (dat was in het begin van de 19de eeuw – zo’n 100 jaar geleden) was het schip het grootste passagiersschip ter wereld. Het schip was 269 meter lang en woog zo’n 66.000 ton (dat is meer dan 15.000 dubbeldekker bussen bij elkaar).
Stoommachine
De Titanic kwam vooruit door stoommachines, deze stoommachines werkte op wel 159 kolenovens. De Titanic voer zo’n 43 kilometer per uur. Op het schip was plaats voor zo’n 3500 passagiers. Maar er waren maar 20 reddingsboten waarmee in totaal zo’n 1178 mensen (niet eens de helft van alle passagiers) vervoerd konden worden.
Regels
In die tijd waren de veiligheidsregels minder streng dan tegenwoordig. Meer reddingsboten hoefden er niet aan boord te zijn. Iedereen dacht dat de Titanic toch niet kon zinken.
14 april 1912
In de nacht van 14 april 1912 voer de Titanic over zee. Het weer was kalm en de lucht was helder. De kapitein had de koers iets naar het zuiden bijgesteld vanwege een aantal waarschuwingen voor ijsbergen in het gebied. Op een gegeven moment zagen twee matrozen in het kraaiennest een grote ijsberg.
IJsberg
De stuurman maakte een scherpe bocht naar links om de ijsberg te ontwijken. Maar het was al te laat. De ijsberg schraapte de rechterkant van de boot en de boot krakte open. Langzaam aan liep de boot vol water. De boot helde steeds verder over naar een kant.
Reddingsboten
Het werd tijd om het schip te verlaten. De eerste reddingsboot nam 28 mensen mee. De meeste passagiers dachten namelijk dat de Titanic veiliger zou zijn dan zo’n kleine roeiboot. Er paste 40 mensen in de reddingsboten maar veel boten vertrokken met veel minder passagiers. Twee uur later was de hele Titanic gezonken. Slechts 706 mensen hebben de ramp overleefd.