Wat gebeurde er tijdens de crisisjaren?
Zes doden bij het Jordaanoproer! Dat gaat niet over Israël, maar over Amsterdam. Tijdens de crisis in de jaren dertig ging het daar heftig aan toe.
De jaren dertig staan in Nederland bekend als de crisisjaren. Het gaat in de hele wereld slecht met de economie en daardoor gaat het in Nederland ook fout. Veel bedrijven gaan failliet en de mensen die daar werken verliezen hun baan. Gezinnen moeten leven van de ‘steun’ (zo heette de uitkering), en dat is bijna onmogelijk.
Op het dieptepunt van de crisis zijn bijna een half miljoen mensen werkeloos. Veel werklozen kregen steun van de regering: geld, kleding en voedselbonnen. Wel moesten ze zich een paar keer per dag melden op het stempelkantoor om 'muizelarij' (zwartwerken) te voorkomen.
Ter vermindering van de werkeloosheid bedacht de regering projecten die veel werk opleverden en die de maatschappij ten goede kwamen: werkverschaffingsprojecten. In Den Haag werd bijvoorbeeld het Zuiderpark aangelegd. In 1934 startte het grootste werkverschaffingsproject: het Boschplan. Amsterdamse werklozen werkten verplicht aan de aanleg van het Amsterdamse Bos. Bij weigering werd de steun ingetrokken.