Waar komt de scheldnaam 'kouwe kak' vandaan?
Omstreeks de tijd van Lodewijk de 14de (die zie je op het plaatje) deed bijna iedereen zijn behoefte in een pot of op boven beerputten gebouwde kakdozen. Die ‘kakdoos’ was een houten kist of bankje met een gat. Daaronder zat de beerput, een put met een nauwe opening.
De rijkere mensen deden hun behoefte op de ‘kakstoel’. Deze was net iets sjieker dan de kakdoos. Onder de kakstoel zat een pot die het personeel moest legen. Uit die tijd stamt de scheldnaam ‘kouwe kak’. Er waren namelijk mensen die net deden alsof ze rijk waren en zeiden dat ze een ‘kakstoel’ hadden. Maar eigenlijk moesten ze hun behoefte gewoon doen in een klein hokje in de buitenlucht!
Men noemde iemand dus ‘kouwe kak’ als die persoon zich beter voor wilde doen dan hij was.