Waarom kun je tamme kastanjes wel eten en wilde kastanjes niet?

Verschillen

Tamme en wilde kastanjes zijn de bekendste kastanjes. Van een afstandje lijken ze veel op elkaar, toch zijn er een paar belangrijke verschillen. Zo heeft een tamme kastanje een puntje aan de bovenkant. Een wilde kastanje is juist mooi rond. Ook heeft de tamme kastanje meer stekels op het omhulsel en zijn ze dunner dan die van de wilde kastanje.

Gezond voedsel!

Een ander belangrijk verschil is dat je de tamme kastanje kunt eten. Hij is zelfs erg gezond! Er zit weinig vet in en veel koolhydraten. De tamme kastanje smaakt zoet en wordt beschouwd als een lekkernij. Je kunt hem bakken, poffen of puree van maken. Tip: Wil je weten of de (tamme) kastanjes die je hebt gevonden nog goed genoeg zijn om op te eten? Doe ze dan in een kom water. Als ze boven komen drijven zijn ze uitgedroogd of uitgehold door insecten. Zinken ze naar de bodem dan kun je ze opsmullen!

Aescin

Wilde kastanjes kun je niet eten. Ze zijn erg bitter, waardoor hij vies smaakt. Een wilde kastanje is ook licht giftig door het stofje 'aescin'. Tijdens de Eerste Wereldoorlog hebben mensen in Engeland geprobeerd of de wilde kastanjes eetbaar zijn, maar er zitten geen voedingsstoffen in. In tamme kastanjes wel! In de herfst worden er ook weleens gerechten gemaakt met kastanjes.

Paardenmedicijn

Wilde kastanjes worden gebruikt als medicijn voor paarden. Daardoor wordt de wilde kastanje ook wel paardenkastanje genoemd.