Waarom heb je altijd plaats voor een toetje?

Eten en drinken
Ijsje met een koekje op zee

Die ene hap broccoli krijg je echt niet meer naar binnen tijdens het avondeten. Je maag staat op ploffen, maar dan komt het toetje en ineens is er weer ruimte! Hoe kan dat? Willem Wever zoekt het uit.

Lekker flexibel

Je maag is een soort ballonnetje. Als er niets in zit is het een klein ding, maar als er eten of drinken in komt dan zet het uit. Hoe ver je maag uit kan zetten hangt af van de druk in je buik en hoever je maagwand uit kan zetten. Bij een volwassen iemand is dat verder dan bij een kind. Daarom kan je vader of moeder meer eten dan jij.

3 factoren

De Noorse wetenschappers Arnold Berstad en Jørgen Valeur hebben onderzoek gedaan naar het ontspanningsreflex van de maag. Ze kwamen uit op drie factoren die ervoor zorgen dat je maag zich uit kan zetten.

- Het zien en ruiken van eten
- Wat je al gegeten hebt
- De twaalfvingerige darm. Dit onderdeel van je maag kijkt wat voor soorten voedsel je al gegeten hebt

Deze drie informatiepunten worden naar je hersenen gestuurd, die vervolgens weer een signaaltje naar je maag sturen om te ontspannen.

Suiker

Veel toetjes bevatten suiker of glucose. Dit stofje heeft hetzelfde effect op de maag als de drie factoren hierboven. Het zorgt ervoor dat je maag zich ontspant. Daarom heb je altijd plaats voor een toetje. Dit wil niet zeggen dat je je onbeperkt vol kan blijven douwen. Vol is vol!