Hoe werkt een narcose in het ziekenhuis?
Wanneer je ziek bent, is het soms noodzakelijk een operatie of vervelend onderzoek te verrichten. Omdat dit erg pijnlijk kan zijn, ga je dan vaak ‘onder narcose’. Een ander woord voor narcose is anesthesie of verdoving. Dat betekent dat je niets merkt of voelt van de operatie.
Drie soorten medicijnen
Als narcose worden vaak 3 soorten medicijnen gegeven: slaapmedicijnen (om in slaap te komen en te blijven), pijnstillers (zodat je geen pijn hebt) en spierverslappers (om te zorgen dat je niet gaat bewegen). Deze medicijnen worden meestal via een infuus (slangetje in een bloedvat) toegediend.
Beademing
Omdat je door de zware pijnstilling en spierverslappers ook niet meer zelfstandig kunt ademhalen, worden patiënten ook beademd. Er wordt dan vaak een buisje ingebracht tot in de luchtpijp, zodat veilige lucht in de longen gepompt kan worden.
Wakker worden
Wanneer de operatie voorbij is, stopt de toediening en word je langzaam weer wakker! Tegenwoordig wordt ook vaak gekozen voor een meer plaatselijke verdoving: de ruggenprik. Hierdoor is het onderste deel van het lichaam verdoofd, waardoor je geen pijn voelt, terwijl je wel bij bewustzijn blijft.
Dit kan niet altijd worden toegepast; de dokter beslist meestal of het mogelijk is!
Meer informatie over narcose of operatie is te vinden op de website van het Wilhelmina kinderziekenhuis.