Waarom peutert iedereen toch zoveel in haar/zijn neus?
Over neuspeuteren is verder niet veel bekend. Er zijn maar een paar onderzoeken naar neuspeuteren gedaan. De bekendste is die van de Indiase psychiater ‘Andrade’ in 2001. Hij ondervroeg tweehonderd mensen in Bangalore (India). Maar zeven van hen peuteren niét (althans dat zeggen ze). Bijna een derde peutert vaker dan vijf keer per dag in de neus. Ruim zeven procent pulkt meer dan twintig keer per dag. Het opeten van het resultaat is een bezigheid van 4,5 procent.
Andrade onderzocht ook waarméé men neuspeutert. Het populairst is de wijsvinger, daarna de pink (voor de kleine neusgaten) en de duim (dan moet je wel grote gaten hebben). Er zijn ook mensen die een potlood of pen gebruiken. Pas dan wel op voor bloedingen!
Waarom er mensen zijn die heel erg vaak neuspeuteren (als je ze bij elkaar telt zijn het hele volksstammen), is duidelijk: het is een tic, een dwangmatige handeling die niet nodig is maar die je niet meer kunt tegenhouden. Dwangmatige handelingen komen vaak voor. Er zijn mensen met smetvrees die de hele dag hun handen wassen, nagelbijten of haren uittrekken.
Als je dat allemaal doet en je kunt ook het neuspeuteren niet laten, dan is er iets abnormaals aan de hand. En al helemaal als je het ook nog opeet. De reden dat mensen dát doen, kan verklaard worden door het feit dat een mens niet vies is van zichzelf. Van een ander zou je het nooit opeten of áánraken, maar is het van jezelf dan maakt het niets uit. Al met al geldt voor neuspeuteren: het is leuk om te doen, maar verschrikkelijk om te zien!
Bron: wegwijslezer.nl