Wat zijn de antieke zeven wereldwonderen?

Geschiedenis
Antieke wereldwonderen

In de tweede eeuw stelde de Griekse dichter Antipater een lijst samen van zeven bouwwerken die hij indrukwekkend vond. De bouwwerken waren allemaal bijzonder om hun architectuur en hun omvang. In zijn verslag schreef Antipater dat de wereld nog nooit zoiets moois had gezien! Het gaat hier om de zeven antieke wereldwonderen.

Hij koos voor het getal zeven, omdat dat een mythische betekenis had. In de middeleeuwen werd door de Nederlander Maerten van Heemskerck de definitieve lijst vastgesteld:

  1. De Piramides van Gizeh zijn het oudste en grootste wereldwonder.
  2. De hangende tuinen van Babylon moeten enorme terrassen zijn geweest met begroeiing, maar men weet nog steeds niet of ze echt bestaan hebben.
  3. Het beeld van Zeus in Olympia was 13 meter hoog en was belegd met goud en ivoor.
  4. De tempel van Artemis in Ephese is een enorm marmeren tempel, gebouwd ter ere van de Griekse godin Artemis.
  5. Het mausoleum in Halicarnassus is als graftombe gebouwd voor een Perzische onderkoning.
  6. De Colossus van Rhodos is een 33 meter hoog beeld van zonnegod Helios.
  7. De vuurtoren van Pharos. De Piramides van Gizeh zijn het laatst overgebleven wereldwonder!